Deze agressieveling vormt een bedreiging voor de ecologie: reden om hem weg te vangen.
Deze agressieveling vormt een bedreiging voor de ecologie: reden om hem weg te vangen.

Amerikaanse Rivierkreeft in de ban

Waterkwaliteit

Biodiversiteit

Door Ed Kamans


STICHTSE VECHT > Het Waterschap Amstel, Gooi en Vecht neemt maatregelen om het aantal Amerikaanse rivierkreeften in de Oostelijke Vechtplassen terug te dringen.


Het doel is om de rivierkreeftenpopulatie zodanig onder controle te krijgen dat de waterkwaliteit en biodiversiteit in de Vechtplassen zich kan herstellen. Het waterschap werkt samen met de provincie Utrecht, het Gebiedsakkoord Oostelijke Vechtplassen en de gemeente Amsterdam. Sander Mager (bestuurder AGV): 'Rivierkreeften zijn een steeds groter probleem in ons water. We doen onderzoek en testen mogelijke maatregelen in de praktijk. De resultaten uit het eerste onderzoek stemmen hoopvol dat we het probleem onder controle kunnen krijgen, maar ook is duidelijk dat de problematiek complex is en er nog veel vragen onbeantwoord zijn.' De rode Amerikaanse rivierkreeft is een invasieve soort, die oorspronkelijk niet in Nederland voorkomt. De laatste jaren nemen de aantallen enorm toe en vormen zij vooral in de Vechtplassen een bedreiging voor de ecologie. Met name als de waterkwaliteit slecht is kunnen rivierkreeften zich snel voortplanten. Een rivierkreeft krijgt wel driehonderd jonkies per keer. En in troebel water kunnen ze zich makkelijk verschuilen, waardoor ze geen makkelijke prooi zijn voor vogels en roofvissen. De grote populatie zorgt vervolgens voor een verdere verslechtering van de waterkwaliteit en verhindert het herstel ervan. Het lijkt er daarom op dat een effectieve aanpak een combinatie vraagt van maatregelen om de waterkwaliteit te verbeteren en het wegvangen van een deel van de kreeften. Uit eerder praktijkonderzoek, dat op kleine schaal heeft plaatsgevonden, lijkt het beheersbaar houden van de rivierkreeft met deze aanpak kansrijk. In de Distelvinkplas, een kleine plas in de Molenpolder, heeft het waterschap tijdens een pilot in 2018-2019 positieve effecten bereikt met het reduceren van de rivierkreeften. Daar bleek dat het wegvangen tot herstel van de biodiversiteit leidde, terwijl dat in andere delen van de plas niet gebeurde. Het waterschap werkt daarom de komende periode, samen met haar partners, aan opschaling van deze aanpak. De Distelvinkplas is niet erg groot. In andere gebieden moet het afvangen op veel grotere schaal gebeuren. Daarvoor worden bestaande technieken uit de visserij uitgeprobeerd, zoals fuiken uit het IJsselmeer. Het onderzoek richt zich ook op nieuwe vangmethoden, waarbij meer kleine exemplaren en vrouwelijke kreeften met jongen worden gevangen. Er wordt daarom vooral vlak vóór en tijdens het voorplantingsseizoen gevist. Soms zijn de oorspronkelijke onderwaterplanten helemaal uitgestorven. Planten uit sloten in de buurt die ook in de plas thuishoren, worden dan naar de plas gebracht. Als er veel woelende vis is, zoals brasems, kunnen die het natuurherstel ook in de weg zitten. Ook zij houden het water troebel en donker, waardoor de onderwaterplanten niet kunnen groeien. Daarom worden ook de brasems er tijdens het vissen uitgehaald.