Karttalent Mats van Rooijen uit Vleuten springt in het diepe en wordt meteen vierde!

VLEUTEN > Alles - nou ja bijna alles dan toch - was nieuw voor karter Mats van Rooijen, afgelopen zondag in Mariembourg. Het tienjarige talent uit Vleuten reed op een circuit waar hij nog nooit had gereden, in een kartmerk waarop hij nog nooit had gereden, met een motor waarmee hij nog nooit een wedstrijd had gereden, in een klasse waarin hij nog nooit had gereden. Desondanks stond er na de finale een razendknappe P4 achter zijn naam.

“Ik was heel blij. Ik deed mijn vuist schuin omhoog toen ik over de finish kwam. Dit had ik niet echt verwacht”, zei Mats over zijn vierde plaats in de IAME Mini Parilla Rookie-klasse van het Benelux-kampioenschap. “Want in de heats was ik tiende en achtste geworden en in de kwalificatie was ik negende.”

Bovendien was het pas de tweede keer dat hij in de Falcon-kart met een IAME-motor reed. Ook had hij nog nooit op het circuit van Mariembourg gereden én hij had sinds eind november geen wedstrijd meer gereden. Normaal rijdt Mats in kampioenschappen voor Rotax-motoren. Omdat hij binnenkort op hetzelfde circuit de eerste ronde van het Rotax Max BMC-kampioenschap rijdt, greep hij de gelegenheid aan om wedstrijdritme op te doen en de baan te leren kennen.

“Een week voor de wedstrijd van dit weekend had ik al een keer getraind in Mariembourg. Het verschil met de Rotax-motor die ik gewend ben, viel wel mee. Wel kom je met deze motor iets minder snel uit de bochten en ga je ook iets minder snel op het rechte stuk.”

Daarom was het belangrijk een zo hoog mogelijke snelheid te houden in de bochten. Oftewel: de kart zo goed mogelijk te laten rollen. “Ik moest wel even wennen, maar het viel wel mee hoe moeilijk het was.”

Niettemin waren er nog genoeg andere factoren die Mats voor een uitdaging stelden. “Bij Rotax hadden we een Tony Kart en nu reed ik bij het PdB Racing Team met een Falcon-kart. Ook moest ik racen tegen jongens die al vaak in die klasse hebben gereden. En de baan was nieuw voor mij.”

Tijdens de eerste trainingssessie zondag was zijn snelheid nog niet goed genoeg, vond Mats. “Ik moest nog zoeken naar de racelijnen. Dat lukte later wel door goed te kijken naar de anderen die er al vaak hadden gereden. Ik vind de baan superleuk. Hij heeft heel veel bochten en een superlang recht stuk.”

Nadat hij in de heats had kunnen wennen aan het racen in een IAME-kampioenschap had hij in de finale een goede start. Toen er voor hem een crash gebeurde, kon hij meteen een paar plaatsen pakken. Daarna werd er drie ronden met de gele vlag gezwaaid. “Toen ik de man met de groene vlag zag staan, ging ik snel op het gas om goede snelheid te hebben naar de volgende bocht. In de derde bocht heb ik toen iemand ingehaald.”

Op dat moment lag Mats, die als achtste gestart was, al vijfde. De nummer vier vlak voor hem was zijn zijbumper kwijt en kreeg daarvoor de zogenaamde meatball-vlag gezwaaid. “Ik haalde hem in, maar hij haalde mij terug in, ook al moest hij naar de pits. Hij kreeg uiteindelijk een tijdstraf. En toen had ik definitief de vierde plek.”

Nu zijn debuut in een IAME-wedstrijd erop zit, is het natuurlijk de vraag wat hij leuker vindt: racen in kampioenschappen met een Rotax-motor of in kampioenschappen met een IAME-motor. “Ik weet eigenlijk niet wat ik leuker vind”, zei Mats. “Ik vind ze allebei wel leuk.”

Het is nu de bedoeling dat Mats in kampioenschappen van beide motormerken gaat uitkomen. Met zijn IAME-motor gaat hij een paar GK4-wedstrijden rijden en ook het Benelux-kampioenschap. Met de Rotax-motor rijdt Mats dit seizoen het NK, het BNL-kampioenschap, het BMC-kampioenschap en een paar Euro Trophy-wedstrijden. Zijn volgende race is de eerste ronde van het BMC-kampioenschap.

“Dat zal het wel weer even anders voelen”, voorspelde Mats. “Dat het hier zo goed ging, is goed voor het zelfvertrouwen!”

Mats bedankt Vincent de Fuijk en Marco van PdB. Ook bedankt hij Peter en Nick van het PdB Racing Team.